Werken op hoogte brengt risico’s met zich mee. Een val kan ernstige gevolgen hebben, maar met de juiste valbeveiliging kun je deze risico’s minimaliseren. Een goed aangetrokken en afgesteld valbeveiligingsharnas is een belangrijk onderdeel voor je veiligheid. Dit beschermingsmiddel verdeelt de krachten die vrijkomen bij een val gelijkmatig over je lichaam, waardoor de kans op letsel aanzienlijk wordt verminderd. Bovendien kan een goed gebruikt harnas je helpen om in een stabiele positie te blijven hangen na een val, waardoor reddingsoperaties efficiënter verlopen. Of je nu werkt in de bouw, de industrie of op steigers, het correct gebruiken van een valbeveiligingsharnas is van levensbelang. In deze stap-voor-stap gids leggen we uit hoe je een valbeveiligingsharnas correct aantrekt, afstelt en inspecteert, zodat je altijd veilig kunt werken, ongeacht de omstandigheden.

1. Voorbereiding: inspecteer je harnas

Voordat je het harnas aantrekt, is het goed om een grondige inspectie uit te voeren. Dit zorgt ervoor dat het harnas in goede staat is en je optimaal beschermt.

Visuele inspectie

  • Controleer op slijtage: Kijk of er scheuren, snijplekken, slijtage of verkleuringen zichtbaar zijn aan de banden;
  • Controleer de stiksels: Let op losse draden, versleten naden of beschadigde stiksels;
  • Inspecteer metalen onderdelen: Controleer gespen, D-ringen en andere metalen onderdelen op roest, vervorming of scherpe randen.

Functionele inspectie

  • Test de gespen: Open en sluit de gespen om te controleren of ze goed functioneren;
  • Controleer de labels: Zorg ervoor dat het label met certificeringen en inspectiedata goed leesbaar is.

Als je beschadigingen of defecten ontdekt, gebruik het harnas dan niet. Laat het keuren door een deskundige of vervang het.

2. Aantrekken van het harnas

Wanneer je hebt vastgesteld dat het harnas veilig is om te gebruiken, kun je het aantrekken. Dit doe je als volgt:

Stap 1: Houd het harnas op de juiste manier vast

Pak het harnas bij de D-ring (meestal op de rug tussen de schouderbladen). Schud het harnas voorzichtig zodat de banden zich ontwarren en je duidelijk ziet waar de schouder-, been- en borstbanden zich bevinden.

Stap 2: Trek de schouderbanden aan

Steek je armen door de schouderbanden, alsof je een vest aantrekt. Zorg dat het harnas niet gedraaid zit en de D-ring midden op je rug tussen de schouderbladen uitkomt.

Stap 3: Sluit de beenbanden

Pak de beenbanden en breng ze rond je dijen. Sluit de gespen en zorg dat de banden plat tegen je lichaam liggen, zonder te draaien. Trek de banden stevig aan, maar niet zo strak dat je bewegingsvrijheid beperkt wordt.

Stap 4: Bevestig de borstband

Sluit de borstband ter hoogte van je borstbeen. De band moet horizontaal lopen en niet te hoog of te laag zitten. Trek de band stevig aan, zodat deze niet verschuift tijdens het werken.

3. Afstellen van het harnas

Een correct afgesteld harnas biedt maximale bescherming en comfort. Volg deze richtlijnen:

Schouderbanden

  • Trek de schouderbanden strak zodat ze goed aansluiten, maar niet knellen;
  • De D-ring op de rug moet zich tussen de schouderbladen bevinden.

Beenbanden

  • De banden moeten strak genoeg zitten zodat je er een platte hand tussen kunt steken, maar niet los hangen;
  • Te losse banden kunnen bij een val ernstige verwondingen veroorzaken.

Borstband

  • De borstband moet horizontaal ter hoogte van het borstbeen zitten;
  • Te hoog kan verstikking veroorzaken bij een val; te laag biedt onvoldoende steun.

Controleer na het afstellen of je vrij kunt bewegen zonder dat het harnas verschuift.

4. Aansluiten van de valbeveiligingslijn

Zodra het harnas correct is aangetrokken en afgesteld, kun je de valbeveiligingslijn bevestigen:

  • Bevestig de lijn aan de D-ring op je rug of aan de borst-D-ring (afhankelijk van het type harnas en de werksituatie);
  • Zorg ervoor dat de karabiner goed vergrendeld is;
  • Controleer of de valbeveiligingslijn niet gedraaid of geknoopt is.

5. Laatste controle voordat je begint

Voordat je aan het werk gaat, voer je een laatste check uit:

  • Is het harnas goed afgesteld? Niets mag knellen of loshangen;
  • Zijn alle gespen gesloten en vergrendeld? Trek er voorzichtig aan om dit te controleren;
  • Is de valbeveiligingslijn goed bevestigd? Controleer de karabiner en de ankerpunten.

Laat indien mogelijk een collega een visuele controle uitvoeren voor extra veiligheid.

6. Na gebruik: inspectie en opslag

Na het werk is het belangrijk je harnas opnieuw te controleren en correct op te bergen:

  • Controleer op schade: Inspecteer het harnas opnieuw op slijtage of beschadiging;
  • Reinig indien nodig: Gebruik lauw water en milde zeep. Vermijd agressieve chemicaliën;
  • Laat het goed drogen: Hang het harnas op een droge, goed geventileerde plek;
  • Bewaar op een veilige plek: Vermijd direct zonlicht, hittebronnen of vochtige omgevingen.

Conclusie

Een valbeveiligingsharnas kan je leven redden, maar alleen als het correct wordt gebruikt. Door je harnas zorgvuldig te inspecteren, correct aan te trekken en goed af te stellen, maximaliseer je je veiligheid. Vergeet niet om je harnas regelmatig te laten keuren door een deskundige en zorg altijd voor de juiste training als je met valbeveiliging werkt.